Diarree
Diarree ontstaat als gevolg van een storing in de spijsvertering. In het algemeen spreken we van diarree als de ontlasting vaker komt en waterrijker is dan normaal. Diarree kan ook bij baby's voorkomen. Hoewel diarree meestal na een paar dagen vanzelf overgaat, is het van belang extra op de voeding te letten.
Uitdroging door diarree Je baby verliest bij diarree veel vocht en zouten. Hierdoor kan uitdroging ontstaan. Om dit te voorkomen, is het noodzakelijk dat hij voldoende drinkt. Tenminste evenveel als normaal. Je kunt hem ook ORS-drank laten innemen. Dit is een oplossing van glucose en mineralen in water. Deze vloeistoffen hebben geen invloed op de oorzaak van diarree, maar voorkomen wel uitdroging. Hierbij is het wel heel belangrijk dat je je exact houdt aan het doseringsschema op de bijsluiter. Raadpleeg daarvoor je huisarts of vraag je apotheek om advies.
Kenmerken van uitdroging Diepliggende oogjes, een droge mond, lusteloosheid en niet meer willen drinken. Als je merkt dat je baby hier last van heeft, dan moet je meteen de dokter waarschuwen. Deze gevaarlijke situatie kan worden voorkomen door het kind veel te laten drinken.
Je waarschuwt de huisarts ook als je kleine diarree heeft én
Oorzaken diarree Diarree is een symptoom (ziekteverschijnsel). De onderliggende oorzaak kan volstrekt onschuldig zijn. Diarree kan echter ook veroorzaakt worden door een minder onschuldige ziekte. De oorzaak kan liggen in de voeding:
Het kan ook gaan om een infectie
Betreft het geen van deze oorzaken? Dan is diarree misschien een gevolg van voedselovergevoeligheid, een bepaalde ziekte of afwijking, of medicijngebruik. Hygiënisch werken is extra belangrijk wanneer je kleine diarree heeft. Zorg er altijd voor dat de fles en speen goed worden schoongemaakt en was regelmatig je handen met zeep. Als binnen drie dagen geen verbetering optreedt, dan is er een uitgebreider onderzoek door de (huis)arts nodig.
Geef je borstvoeding? Echte diarree komt niet vaak voor bij baby's die borstvoeding krijgen. De regelmaat van het normale ontlastingpatroon kan varieren van vijf- tot zesmaal per dag tot eenmaal per week. Wanneer je kleine dunne ontlasting heeft, kan het zijn dat je een te prikkelende, laxerende voeding gebruikt. Bijvoorbeeld prei, uien, peulvruchten, fruit, koolsoorten, scherpe kruiden, koffie, veel melk (meer dan 3/4 liter) en sorbitolbevattende (suikervrije) producten. Neem de volgende maatregelen:
Geef je flesvoeding? Er is sprake van diarree wanneer je baby vaker dan drie tot vier keer per dag waterdunne ontlasting heeft. Neem de volgende maatregelen:
Let op: appelsap en perensap kunnen laxerend werken. Wanneer je kleine geen eetlust heeft kun je enkele dagen stoppen met het geven van bijvoeding. Het is niet erg wanneer hij een paar dagen niet wil eten.
Uitdroging door diarree Je baby verliest bij diarree veel vocht en zouten. Hierdoor kan uitdroging ontstaan. Om dit te voorkomen, is het noodzakelijk dat hij voldoende drinkt. Tenminste evenveel als normaal. Je kunt hem ook ORS-drank laten innemen. Dit is een oplossing van glucose en mineralen in water. Deze vloeistoffen hebben geen invloed op de oorzaak van diarree, maar voorkomen wel uitdroging. Hierbij is het wel heel belangrijk dat je je exact houdt aan het doseringsschema op de bijsluiter. Raadpleeg daarvoor je huisarts of vraag je apotheek om advies.
Kenmerken van uitdroging Diepliggende oogjes, een droge mond, lusteloosheid en niet meer willen drinken. Als je merkt dat je baby hier last van heeft, dan moet je meteen de dokter waarschuwen. Deze gevaarlijke situatie kan worden voorkomen door het kind veel te laten drinken.
Je waarschuwt de huisarts ook als je kleine diarree heeft én
- spuugt
- niet drinkt
- koorts heeft
Oorzaken diarree Diarree is een symptoom (ziekteverschijnsel). De onderliggende oorzaak kan volstrekt onschuldig zijn. Diarree kan echter ook veroorzaakt worden door een minder onschuldige ziekte. De oorzaak kan liggen in de voeding:
- te veel of te weinig voeding
- verkeerde samenstelling van de voeding
- te laxerende voeding van de moeder bij borstvoeding
- te vroege introductie van bijvoeding
- bedorven voeding, verkeerde hygiëne.
Het kan ook gaan om een infectie
- van maagdarmkanaal
- als gevolg van middenoorontsteking
- van de luchtweg
- van de urineweg
Betreft het geen van deze oorzaken? Dan is diarree misschien een gevolg van voedselovergevoeligheid, een bepaalde ziekte of afwijking, of medicijngebruik. Hygiënisch werken is extra belangrijk wanneer je kleine diarree heeft. Zorg er altijd voor dat de fles en speen goed worden schoongemaakt en was regelmatig je handen met zeep. Als binnen drie dagen geen verbetering optreedt, dan is er een uitgebreider onderzoek door de (huis)arts nodig.
Geef je borstvoeding? Echte diarree komt niet vaak voor bij baby's die borstvoeding krijgen. De regelmaat van het normale ontlastingpatroon kan varieren van vijf- tot zesmaal per dag tot eenmaal per week. Wanneer je kleine dunne ontlasting heeft, kan het zijn dat je een te prikkelende, laxerende voeding gebruikt. Bijvoorbeeld prei, uien, peulvruchten, fruit, koolsoorten, scherpe kruiden, koffie, veel melk (meer dan 3/4 liter) en sorbitolbevattende (suikervrije) producten. Neem de volgende maatregelen:
- Blijf doorgaan met het geven van borstvoeding. Je kunt je baby vaker, maar korter aanleggen, zodat hij kleinere hoeveelheden voeding per keer krijgt (bijvoorbeeld één borst per voeding).
- Zorg ervoor dat je zelf voldoende drinkt (anderhalf tot twee liter per dag) en dat je geen of weinig prikkelende en laxerende voedingsmiddelen gebruikt.
- Blijf dagelijks wel één liter melkproducten, twee vruchten en een ruime portie groente gebruiken.
- Geef, indien de (consultatiebureau)arts het voorschrijft, na iedere waterdunne ontlasting ORS. Ga hiermee door tot de diarree duidelijk is verminderd.
- Je kunt doorgaan met het geven van bijvoeding zoals je dat gewend was.
Geef je flesvoeding? Er is sprake van diarree wanneer je baby vaker dan drie tot vier keer per dag waterdunne ontlasting heeft. Neem de volgende maatregelen:
- Geef de flesvoeding die je gewend was te geven. Je kunt eventueel vaker een kleinere hoeveelheid voeding geven.Tussen de opeenvolgende voedingen is twee tot drie uur rust nodig.
- Extra verdunnen van de flesvoeding is niet nodig.
- Geef, indien de (consultatiebureau)arts dit voorschrijft, na iedere lozing van waterdunne ontlasting ORS. Ga hiermee door tot de diarree duidelijk is verminderd.
- Je kunt doorgaan met het geven van bijvoeding zoals je dat gewend was.
Let op: appelsap en perensap kunnen laxerend werken. Wanneer je kleine geen eetlust heeft kun je enkele dagen stoppen met het geven van bijvoeding. Het is niet erg wanneer hij een paar dagen niet wil eten.